Het verslag van de vorige vergadering wordt goedgekeurd.
De statuten van de gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur werden tijdens de zitting van de Gemeenteraad op 23 april 1992 goedgekeurd. Daarna volgden twee wijzigingen op 20 januari 1994 en 30 maart 1995.
De huidige statuten welke terug te vinden zijn in bijlage dateren van 20/02/2003. De statuten werden toen aangepast aan de verplichtingen binnen de samenwerkingsovereenkomst.
Volgende wijzigingen aan de huidige statuten worden voorgesteld:
- bij de bevoegdheden is het bewaken van de samenwerkingsovereenkomst er uit gehaald
- bij de samenstelling werd eruit gehaald dat minstens 1 derde van de leden van een milieu- en natuurvereniging moet zijn.
- daarnaast werd 'een vertegenwoordiger van elke wijkraad' vervangen door een geïnteresseerde burger
- bij duur van het mandaat werd geschrapt dat stemgerechtigde leden die driemaal na elkaar , zonder verontschuldiging afwezig blijven, als ontslagnemend worden beschouwd.
- de onderdelen verslag, jaarverslag, financiën, huishoudelijk reglementen afsprakennota welke destijds noodzakelijk waren voor de samenwerkingsovereenkomst worden geschrapt.
De gewijzigde statuten welke eveneens in bijlage te vinden zijn zullen ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
De raad merkt op dat er nog al veel de nadruk wordt gelegd op het stemmen en dit terwijl er meestal een gezamenlijk standpunt wordt ingenomen. Er wordt getracht om zoveel mogelijk bij consensus te doen. Indien er geen consensus wordt bereikt kan een minderheidsnota worden toegevoegd. Dit zal worden toegevoegd.
De raad vraagt om bij de niet-stemgerechtigde leden de afgevaardigden van de niet in de gemeenteraad zetelende politieke partijen te schrappen. Deze kunnen zich nog altijd aansluiten als geïnteresseerde inwoner.
Vlaanderen en de lokale besturen slaan, d.m.v. het Lokaal Energie- en Klimaatpact de handen in elkaar om samen de nodige transitie in het energie- en klimaatbeleid waar te maken. Aan de hand van concrete en herkenbare werven (zie hieronder) wil men inzetten op krachtdadig beleid. Er wordt hierbij ingezet op een gelijktijdige bottom-up en top-down aanpak. Beide actoren, de Vlaamse overheid en de lokale besturen geven aan werk te maken van concrete engagementen zoals hieronder vermeld:
Lokale besturen engageren zich om:
• Het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken;
• Een gemiddelde jaarlijkse primaire energiebesparing van minstens 2,09% te realiseren in hun eigen gebouwen (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed);
• Een reductie van de CO2-uitstoot van hun eigen gebouwen en technische infrastructuur met 40% in 2030 ten opzichte van 2015 te realiseren;
• Tegen ten laatste 2030 de openbare verlichting te verLEDden;
• Het draagvlak voor hernieuwbare energie te verhogen, geen heffing op hernieuwbare energie installaties in te voeren en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens, af te bouwen tegen ten laatste 2025;
• Lokale warmte- en sloopbeleidsplannen op te maken;
• Burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen met het lokaal bestuur de concrete en zichtbare streefdoelen uit de 4 werven van het Pact te behalen.
De Vlaamse overheid engageert zich om:
• Via het Netwerk Klimaat professionele ondersteuning te bieden aan de lokale besturen, zoals bepaald in het subsidiebesluit en de werkprogramma’s;
• Via andere partners binnen de Vlaamse overheid (bv. VEB met het SURE2050-project voor het publiek patrimonium) lokale besturen projectmatige ondersteuning te bieden;
• Samen met de lokale besturen actief mee te werken aan het elimineren van de mogelijke hindernissen die lokale besturen ondervinden in het realiseren van de ambities binnen dit Pact;
• Haar eigen voorbeeldfunctie in te vullen en relevante actoren te overtuigen om het Pact te ondertekenen;
• In samenspraak met het middenveld, onderzoeksinstellingen en de verschillende sectororganisaties de wederzijdse engagementen i.h.k.v. het Pact op te volgen en te stroomlijnen;
• Aan lokale besturen (en/of andere actoren) de beleidsmaatregelen, voorzien door de Vlaamse, Federale en Europese begroting, actief en stelselmatig te promoten die nuttig kunnen zijn om mee de doelstellingen van het Pact te realiseren. Onder potentiële inbreng van de Vlaamse overheid in hoofdstuk 4 wordt dit waar mogelijk geconcretiseerd;
• Ter bijkomende ondersteuning van de klimaatpactacties van de gemeenten die het Pact ondertekenen, in een extra jaarlijks budget van 10.000.000 euro, evenals een vast gedeelte van de vrij beschikbare middelen binnen het Vlaams klimaatfonds, te voorzien. Deze budgettaire engagementen kunnen aangepast worden in functie van het algemeen begrotingsbeleid.
De gemeenteraad heeft op 21 oktober 2021 beslist het Lokaal energie en klimaatpact te ondertekenen.
Door de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact geeft de gemeente aan actie te ondernemen om de doelstellingen vermeldt in de onderstaande werven waar te maken :
1. Laten we een boom opzetten
• Eén boom extra per Vlaming tegen 2030 (+6,6 miljoen bomen extra vanaf 2021 t.e.m. 2030)
• 1/2de meter extra haag of geveltuinbeplanting per Vlaming tegen 2030 (+3.300 km extra vanaf 2021 t.e.m. 2030)
• Eén extra natuurgroenperk per 1000 inwoners tegen 2030 (= 6.600 perken van 10 m² vanaf 2021 t.e.m. 2030)
2. Verrijk je wijk
• 50 collectief georganiseerde energiebesparende renovaties per 1.000 wooneenheden vanaf 2021 t.e.m. 2030;
• 1 coöperatief/participatief hernieuwbaar energieproject per 500 inwoners tegen 2030 die samen voor een totaal geïnstalleerd vermogen zorgen van 216 MW vanaf 2021 t.e.m. 2030 (+12.000 projecten in 2030)
3. Elke buurt deelt en is duurzaam bereikbaar
• Per 1.000 inwoners 1 “toegangspunt” voor een (koolstofvrij) deelsysteem tegen 2030 (=6.600 toegangspunten);
• Per 100 inwoners 1 laadpunt tegen 2030 (=66.000 laadpunten);
• 1 m nieuw of structureel opgewaardeerd fietspad extra per inwoner vanaf 2021 t.e.m. 2030
4. Water het nieuwe goud
• 1m2 ontharding per inwoner vanaf 2021 t.e.m. 2030 (= 6,6 miljoen m2 ontharding);
• Per inwoner 1m3 extra opvang van hemelwateropvang voor hergebruik, buffering en infiltratie voor regenwater vanaf 2021 t.e.m. 2030 (=6,6 miljoen m3 extra regenwater dat wordt opgevangen voor hergebruik of infiltratie).
De acties welke werden uitgevoerd in 2022 dienen gerapporteerd te worden.
Igean licht de resultaten toe van acties toe die zij voor de gemeente gedaan hebben in 2022 en de acties die komend jaar zullen plaatsvinden. De toelichting van Igean werd als bijlage toegevoegd.
De raad merkt op dat geveltuinen al lang bestaan in Boom.
In verband met vertraagde afwatering wordt opgemerkt dat er nog weinig vertraagde afwatering is als in de winter de waterputten vol zitten (vb bij nieuwbouw) . Alles loopt dan toch gewoon via de overloop naar de riolering. Een regenton kan je in de winter laten leeglopen in de tuin.
Er wordt opgemerkt dat het nu makkelijker is om te ontharden vroeger.
In 2013 startte het voortraject voor het Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen. Het proces startte met de opbouw van een focusnota, waarin 4 ruimtelijke basisprincipes en 15 provinciale thema’s naar voor geschoven werden. In het voorjaar van 2015 werd samen met experten het provinciale ambitieniveau bepaald en werd, in samenspraak met de provinciale diensten, verder een dienstoverschrijdend verhaal opgebouwd. Het resultaat was een voorstel voor de opbouw van de Nota Ruimte, nl. een gebiedsgerichte uitwerking vanuit twee schaalniveaus (deelruimten en projectgebieden) en de verdere trechtering van de 15 provinciale thema’s tot 7. In het verdere verloop werden verschillende workshops georganiseerd met gemeentebesturen, Vlaamse instanties en andere organisaties, die verder vorm gaven aan de Nota Ruimte. Op 26 april 2018 werd de ontwerp-Nota Ruimte door de provincieraad goedgekeurd.
Op 24 januari 2019 nam de provincieraad de startbeslissing voor de opmaak van het effectieve Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen. De provincieraad keurde op 23 mei 2019 de eerste versie van het Beleidsplan Ruimte, de conceptnota, goed. De Nota Ruimte en heel wat onderzoeken hebben geleid tot 2 conceptnota's, die voor de Strategische visie en die voor drie Beleidskaders.
Van 20 augustus tot en met 18 oktober 2019 liep de publieke raadpleging over de conceptnota en kon iedereen er zijn mening over geven. In dezelfde periode werd eveneens het advies van elk gemeentebestuur in de provincie, het Vlaamse departement Omgeving en de PROCORO (de Provinciale Commissie voor Ruimtelijke Ordening) gevraagd. Tijdens de publieke raadpleging en adviesronde kwamen 113 reacties binnen.
Voor het Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen worden eveneens de mogelijke milieueffecten effecten onderzocht. De eerste stap in het MER-traject is de opbouw van de kennisgevingsnota, deze werd op 9 januari 2020 volledig verklaard door team MER. Vervolgens werd de kennisgevingsnota ter inzage gelegd van 3 februari tot en met 1 mei 2020. Team MER maakte op 31 augustus 2020 de richtlijnen voor het plan-MER op.
Na de adviesronde en de inspraak van het publiek werd de conceptnota verder uitgewerkt tot een voorontwerp van beleidsplan. In het najaar van 2021 vroeg de provincie Antwerpen advies over het voorontwerp aan de decretaal bepaalde adviesinstanties. Dat zijn het departement Omgeving van de Vlaamse overheid, de gemeentebesturen en de PROCORO. Met de adviezen is de provincie Antwerpen aan de slag gegaan om het voorontwerp aan te passen naar een ontwerp van Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen, dat samen met dit ontwerp-plan-MER het voorwerp uitmaakt van een openbaar onderzoek.
De provincieraad keurde op 27 oktober 2022 de ontwerpversie van het Provinciaal Beleidsplan Ruimte Antwerpen (PBRA) goed. Samen met het ontwerp PBRA is ook het ontwerp-plan-MER (MilieuEffectenRapport), dat de mogelijke milieu-effecten onderzocht opgemaakt. Er is heden een adviesronde lopende over beide documenten bij de decretaal bepaalde adviesinstanties. Dat zijn de gemeentebesturen, het departement Omgeving van de Vlaamse overheid en de eerder bevraagde instanties voor het plan-MER.
Het gemeentebestuur werd verzocht haar advies te formuleren over
- Ontwerp Beleidsplan Ruimte Antwerpen
- Het plan-Mer
- De te schrappen passages in het GRS
De toelichting werd als bijlage toegevoegd
De commissieleden vinden het raar dat Perdsgat en Bosstraat opgenomen zijn als stedelijke dorpskern.
De raad vraagt zich af wat ze met het document moeten. De gemeente wil zelf zaken in handen houden. De provincie moet instrumenten aanreiken.
De voorzitter sluit de zitting op 07/02/2023 om 20:30.
Namens Gemeenteraadscommissie ruimtelijke ordening en stadsontwikkeling, leefmilieu en duurzame ontwikkeling,
Heidi Nuyts
secretaris
Kris De Keninck
voorzitter